Het verdrag van Tokyo en wijzigingen in het Montréal Protocol 2014 hebben als doel het tegengaan/aanpakken van misdrijven aan boord. Tijdens het seminar Unruly Passengers dat afgelopen vrijdag door IATA werd georganiseerd, was er helaas weinig aandacht voor preventie rondom agressieve passagiers. Denk aan voorkomen van ‘Floozing': going to fly while boozing heavily.
Namens de VNC en EurECCA - belangenbehartiger van cabinepersoneel op Europees niveau - namen Nol Visser en Annette Groeneveld deel aan het seminar. Zij ergerden zich aan het feit dat preventie bij weinig van de sprekers op de agenda stond.
Groei aan incidenten
Middels de Tokyo Conventie is al in 1963 geprobeerd afspraken te maken om crews te ondersteunen en unruly passengers te kunnen aanpakken. Belangrijkste aanleiding om hier nu wijzigingen op door te voeren is het groeiende probleem van unruly passengers en de bedreiging die dit vormt voor de veiligheid van de passagiers en crew. De groei aan incidenten in combinatie met de onmogelijkheid om naleving van de afspraken af te dwingen maakt wijzigingen broodnodig. Ook de onduidelijkheid over wie er nu bevoegdheid - zogeheten jurisdictie - heeft om unruly passengers aan te pakken maakt aanpassingen hoogst noodzakelijk. Het Montréal Protocol moet echter eerst worden bekrachtigd door minstens 22 deelnemende landen voordat het in werking treedt…
Verhitte discussies
Het Montréal Protocol (MP14) is tot stand gekomen na twee weken moeizame onderhandelingen. Vooral de vraag wie nu jurisdictie heeft als een vliegtuig met een unruly passenger aan boord een (tussen)landing maakt, heeft daar tot verhitte discussies geleid. Veel landen willen die jurisdictie helemaal niet, omdat ze dan een passagier uit een ander land, aangeleverd door een luchtvaartmaatschappij van een ander land, moeten arresteren, berechten en in het gevang moeten gooien. Dat brengt een hoop werk en veel kosten met zich mee. Dan is roepen dat je geen jurisdictie hebt en de passagier met dezelfde luchtvaartmaatschappij weer het land uitzetten veel makkelijker. Het MP14 beoogt het land waar geland wordt en het land van de operator jurisdictie te geven. Dat klinkt vriendelijk, maar het betekent voor landen dat ze tot actie worden verplicht. De kans dat die 22 deelnemende landen binnen afzienbare tijd gaan tekenen, is dan ook niet groot.
‘Floozing’ in de bar op luchthaven
De ernst van het probleem van unruly passengers werd in presentaties geïllustreerd met voorbeelden. Verhalen over ernstige incidenten met verbaal en fysiek bedreigde en mishandelde cabineleden en passagiers. Negen van de tien keer begint de aanloop naar het incident in de bars op het vliegveld. Het Engels heeft er zelfs een werkwoord voor: 'floozing', going to fly while boozing heavily. Bars en lounges met rijkelijk vloeiende alcoholische dranken zorgen ervoor dat het drankje dat de passagier vervolgens aan boord consumeert net de druppel kan zijn die de emmer doet overlopen.
No-fly list
Op London Gatwick liep de boel zodanig uit de hand dat daar wel een integrale aanpak met restaurants, bars, politie, grondpersoneel en de luchtvaartmaatschappijen van de grond is gekomen. Maar daarvoor moest het eerst wel heel erg uit de hand lopen. Passagiers krijgen daar nu van alle partijen te horen: Drink too much and your holiday is over before it begins! En het blijft niet alleen bij communicatie, passagiers worden op basis van meldingen op de luchthaven geweigerd op vluchten en zelfs op no-fly lijsten gezet. Die aanpak heeft geleid tot een 50% reductie van incidenten.
Toch blijft wereldwijd de focus grotendeels op de luchtvaartmaatschappijen liggen om procedures op te tuigen en trainingen aan te bieden, terwijl die het probleem al heel lang op hun netvlies hebben. Of luchthavenpersoneel en horeca-ondernemers op de meeste luchthavens dat ook hebben, valt te bezien. Er is een IATA richtlijn die het signaleren van mogelijke problemen met passagiers oplegt aan deze functionarissen en ondernemers. Toch menen wij dat we bot vangen als we op Schiphol een rondvraag zouden doen onder security- en horecapersoneel of ze weten wie ze moeten bellen als ze iets zien waarvan ze denken dat dit het melden waard is.
VNC bestuur